Door Liedeke Plate

Wie eind vorig jaar de stad in ging, werd
geconfronteerd met een merkwaardig verschijnsel. Op vele winkelruiten werden
kortingen aangekondigd onder de noemer Black Friday Sale.
Black Friday is een Amerikaans begrip. Het
verwijst naar de vrijdag na Thanksgiving Day, een van de weinige vrije feestdagen in de VS.
Nadat ze op de vierde donderdag van november Thanksgiving thuis met vrienden
en/of familie hebben gevierd, traditioneel met kalkoen, cranberrysaus en football, gaan Amerikanen, het
salaris op zak, op vrijdag hun kerstinkopen doen. Black Friday verwijst in
eerste instantie naar de drukte in en rond de winkelcentra. Omdat winkeliers
blij zijn met de omzet, zijn ze met Black Friday gaan adverteren. In de V.S. wordt
Black Friday inmiddels beschouwd als het begin van het kerstaankoopseizoen. Speciale
aanbiedingen moeten de mensen naar de winkels lokken, evenals beperkt voorradige artikelen en steeds
vroegere openingstijden.
In Nederland wordt Thanksgiving nagenoeg niet
gevierd. Op de Pieterskerk in
Leiden na: die houdt jaarlijks een Thanksgiving ceremonie ter herdenking van de
Pilgrims, die na hun twaalfjarig
verblijf in Leiden de oversteek naar de nieuwe wereld maakte, en hun eerste
oogstviering.
Des te opmerkelijker dat Black Friday eind
november 2015 het Nederlandse straatbeeld domineert. Zonder enige verwijzing
naar de geschiedenis, en zonder andere rede dan nog meer aandacht willen
trekken voor aanbiedingen, wordt het Amerikaanse gebruik aangegrepen om het
winkelend publiek de winkels in te lokken. Dat winkelend publiek is dan al op
de been: in Nederland begint het winkelseizoen immers op het moment dat
Sinterklaas in het land is.
Het vanuit commercieel oogpunt versterkende
effect van Black Friday krijgt zo nieuwe betekenis. Het kan alleen maar
ironisch genoemd worden dat op het moment dat het traditionele Sinterklaasfeest
onder druk staat vanwege zwarte piet, de
winkels het Amerikaanse begrip Black Friday aangrijpen om meer omzet te maken. De
vrijdag na Thanksgiving zwart noemen is niet alleen zeggen dat het een drukke
dag is; het benoemt de dag als calamiteus – en zo werd die term ook historisch
gebruikt: in de jaren 1950 werd de uitdrukking Black Friday door de politie in
Philadelphia gebruikt om de verkeersdrukte behorend bij dit begin van het
winkelseizoen aan te duiden.
Voor het Nederlands winkelend publiek op zoek
naar Sinterklaascadeautjes, ontstaat er onbewust een verband tussen zwarte piet
en zwarte vrijdag,
zoals de actie steeds vaker wordt genoemd. Een verband dat ontstaat in de
praktijk van het winkelen, maar dat nog eens wordt versterkt door de culturele
herinnering aan de zwarte Vrijdag uit de literatuurgeschiedenis: de slaaf van
Robinson Crusoe uit de gelijknamige roman.