Door Maarten de Pourcq

Voor de liefhebber
gebeurt het in een flits: een gewrongen stafrijm in de titel, dit moet over Suske en Wiske gaan! Samen met Asterix en Kuifje behoort de reeks tot de meest gelezen strips in de Lage
Landen. In tegenstelling tot die eerste twee heeft Suske en Wiske evenwel nauwelijks aandacht gekregen als onderwerp
van onderzoek. Vele generaties jongeren hebben nochtans met de rode albums het
plezier van het leren lezen ontdekt. Begonnen in een televisie- en internetloos
1945 heeft Suske en Wiske zelfs gezorgd
voor de verspreiding van een door het Vlaams gekleurd standaardnederlands. De
stripreeks speelde daarom, samen met radio en krant, een niet te onderschatten rol
in de ontwikkeling van de Vlaamse tussentaal. De meeste interesse van critici
en onderzoekers ging tot dusver dan ook uit naar de taal die Willy Vandersteen zijn figuren
liet spreken.
Curiositas
Toch leerde je als
Vlaming via Suske en Wiske niet
alleen je eigen taal, maar ook je eigen land kennen. Zo geraakte ik als
tienjarige dankzij het album De Tartaarse
helm in de ban van het oude Brugge. Op een verloren zondag troonde ik mijn
familie mee naar wat in het album ‘het Venetië van het Noorden’ wordt genoemd. Willy
Vandersteen had een grote voorliefde voor geschiedenis als thema, waardoor de lezer
bijna ongemerkt een basispakket historische kennis én nieuwsgierigheid meekrijgt.
Menig quizvraag heb ik kunnen beantwoorden dankzij Suske en Wiske. Wel duurde het even alvorens mijn leraar
geschiedenis mij wist te overtuigen dat er in de tijd van de Romeinen geen
dinosaurussen meer leefden, contra De
nerveuze Nerviërs (zie ook de verfilming). Ach, oud + oud = oud, toch?
De tijdreis
In de eerste albums
was het niet zo vanzelfsprekend voor Vandersteen om een verband te leggen
tussen de eigentijdse avonturen van onze
helden en het (vaak regionale) verleden dat hem zo inspireerde. In Het eiland Amoras is het
zestiende-eeuwse Antwerpen bewaard gebleven op een eiland in de Stille Zuidzee.
In Lambiorix helpt een druïde een
handje om Lambik, een nazaat van koning Lambiorix, over te hevelen van de
moderne tijd naar die van de Oude Belgen. Dat Vandersteen soms moeite had
verteltechnieken te ontwikkelen om door de tijd te reizen binnen één album
blijkt uit Het geheim van de gladiatoren.
Daarin leven Suske en Wiske in de tijd van Nero en wordt dus voor de duur van
één album het eigentijdse leven van onze helden weggewist. Vanaf De tuf-tuf-club wordt de toegang tot het
verleden mogelijk gemaakt door een eenvoudig instrument: de teletijdmachine van
professor Barabas. Het apparaat stelde Vandersteen in staat op eender welk
moment in het verhaal door de tijd te reizen en er werd dan ook veelvuldig
gebruik van gemaakt.
Moderniteit…
Het principe van de
tijdreis heeft een stempel op de hele reeks gedrukt en je kan je afvragen
waarom dat verleden zo belangrijk was voor Vandersteen. Suske en Wiske leven in
een modern Vlaanderen en de albums bulken van de referenties aan eigentijdse
gebeurtenissen en problemen. Vooral de figuur van Lambik wordt ingezet om stem
te geven aan de verzuurde burger die minder belastingen wil betalen, de
politiek en de politie wantrouwt, en altijd van mening is dat de zeden
verwilderen. Hij is een mopperende moraalridder die ook in de andere figuren
van Vandersteen echoot, zelfs in ondernemend en ondeugend Wiske. Hierdoor wordt
een behoudsgezinde maatschappijvisie gecommuniceerd die de moderniteit steevast
ter discussie stelt. Maar gezien het belang van de eigen tijd, vanwaar die nood
om extra tijdlagen toe te voegen aan het leven dat Suske en Wiske in het moderne
Vlaanderen leiden?
…en verleden
Naast een
historisch kader zorgt de stripreeks ook voor een specifiek soort historisch
bewustzijn, voor een welbepaalde visie
op de rol van geschiedenis in ons leven en in onze cultuur. Door de tijd reizen
is zinvol, omdat het onze helden toelaat sluimerende of aanslepende
ongerijmdheden, trauma’s of gebreken op te lossen. In het heden leeft het
verleden door. Vanwege die veronderstelde continuïteit kunnen problemen in het
heden die voortkomen uit het verleden, worden opgelost – hetzij in het heden
hetzij door terug te keren naar dat verleden. Zo vliegen in Beminde Barabas onze helden terug naar
de zeventiende eeuw om een vloek ongedaan te maken die een naaistertje heeft
veranderd in een modelpop. In De nerveuze
Nerviërs ontbloten mijnwerkers ongewild een grot waarin ooit antieke
bosgeesten waren opgesloten. Zij verstoren gezinnen doordat ze de mannen aan
het gokken en het drinken brengen. De teletijdmachine wordt ingezet om de boosaardige
geesten onschadelijk te maken en de instelling van het gezin te redden. De
humor van dit album zit voor een deel in de projectie van een moderne
burgerlijke opvatting over het gezin op de oudheid, maar die (steevast genderstereotiepe)
humor bevestigt alleen maar hoe cruciaal het gezin is als hoeksteen van de
samenleving. Laatdunkende grapjes over bewegingen zoals mei ’68 of de nozems (de
hangjongeren van de jaren vijftig) zijn in deze stripreeks legio. We krijgen
met Suske en Wiske dus niet alleen
een taal en een historisch kader, maar ook een heuse burgerlijke moraal mee.
Big Society
Het is paradoxaal
dat onze helden de waarde van het gezin verdedigen zonder zelf een gezin te
zijn of een gezin te hebben. Maar daarin schuilt precies de kracht van dit
collectief, want het functioneert zoals
een gezin zou functioneren. Het is een crypto-gezin met tante Sidonia als
moeder, Suske en Wiske als broer en zus, en Jerom en Lambik die elk een deel
van de vaderrol op zich nemen. Het is een symbolisch gezin dat veel beter dan
bijvoorbeeld de politie in staat blijkt te zijn om over de samenleving te waken.
De politie is een door de staat georganiseerde dienst, met allerlei uitwassen
tot gevolg (vakbonden, schaftijd, hiërarchie,…), terwijl ons collectief een
organische of ‘gegroeide’ samenhang kent, waardoor ze voor elkaar en voor
anderen door het vuur durven gaan. Ook hierin speelt het verleden een
belangrijke rol. Zoals we in Lambiorix
terugkeren naar een voorvader van Lambik, zo doen we dat in De nerveuze Nerviërs naar een voorvader
van Jerom. In het reeds genoemde Het
eiland Amoras leeft Suske in Amoras, dat in de zestiende eeuw werd gesticht
door de Antwerpse kapitein Sus Antigoon, waarvan Suske een nakomeling is:
vandaar zijn naam. Ons collectief heeft dus een stevige voet in het verleden en
het is zaak dat verleden te koesteren: om je eigen bestaan te begrijpen maar
ook om je eigen bestaan te redden. Doen alsof dat verleden nu niet meer van tel
is, is verzaken aan de gegroeide samenhang, ook al heeft die vaak nog
correcties nodig. De boodschap hier is dat fundamenteel breken met het verleden
betekent dat je fundamenteel breekt met jezelf. Dat levert een trauma op, maar gelukkig
is die breuk niet onherstelbaar: onze helden staan immers paraat om dat met een
fout mopje en de kracht van het collectief voor jou op te lossen.
Beeld via https://flic.kr/p/6GCw7d onder creative commons